10 Jaar geleden schreef ik op Hyves in een blog met de titel ‘Older’ dat ik merkte dat ik ouder werd. Ik werd tot mijn afschuw ‘mevrouw’ genoemd, ontdekte de eerste put in mijn billen en besefte dat ik bepaalde keuzes in mijn leven had gemaakt die hiermee andere keuzes elimineerden. Nu, 10 jaar later merk ik dat het tijd is voor een vervolg. Older deel II. Of Older 2.0, zoals dat zo mooi wordt gezegd wanneer iets is vernieuwd. Of is het alweer hopeloos ouderwets om het zo te schrijven? Want potverdikkie, wat merk ik dat ik alweer ouder geworden ben. ik word ouder
Ik word ouder…
Dat merk ik aan dat, in tegenstelling tot 10 jaar geleden, ik er totaal geen moeite meer mee heb mevrouw genoemd te worden, ik vind het juist passend en beleefd (ieuw!)
Ik merk het aan wanneer iemand me vraagt hoe oud ik ben, ik het moet berekenen. Ik dacht dat dit alleen voorbehouden was aan ‘echt oude mensen’ (in het midden latend wie dat dan zouden moeten zijn). Maar nee, ik ben na de 30 geloof ik gestopt met tellen en gestart met rekenen.
Maar waar ik vooral aan merk dat ik ouder geworden ben, is mijn lijf. Mijn lijf wat bij een wijntje teveel op de buurtbarbeque denkt samen met de buurmeisjes radslagen te kunnen maken, maar vervolgens een hele week zeer doet. Mijn lijf dat na het op de grond spelen met mijn kinderen stijf aanvoelt, waardoor ik bij het opstaan niet meteen weg kan lopen.
Ik merk het aan alles…
Ik merk het aan mijn slap wordende huid. Overal. Op mijn buik, billen, benen, hals. Zelfs mijn gezicht. Aan dat ik ’s ochtends hoop dat de slaaprimpels, die voorheen na een paar minuten weg waren, na een uur bij aankomst op mijn werk eindelijk verdwenen zullen zijn. En bespeur ik daar nou een beginnende onderkin?
Voor het eerst van mijn leven ga ik naar een sportschool omdat het moét. Echt moet. Omdat ik stijf, stram en slap word. Omdat ik de uitdaging aan wil kunnen gaan als onze peuter Ben bij de rekstok zegt “Mam, ik kan geen koprol, want ik ben te klein. Kun jij het wel?” Tuurlijk kan ik dat!
En omdat ik in Parijs in een geweldige kledingzaak mooie jurken en jumpsuits aangereikt kreeg van de verkoopster, maar me wilde verstoppen in het pashok bij de aanblik van mijn billen. Of liever gezegd, de afwezigheid van mijn billen. Ik heb altijd een recht figuur gehad. Weinig borst, bil of heup, maar slank en in proportie. Na de bevalling en borstvoeding van twee kids heb ik haast geen borsten meer, geen taille, ben ik zo plat als een dubbeltje aan de achterkant, is mijn buik nog te bol en flubberig en lijk ik vooral ’s avonds nog gewoon 5 maanden zwanger. Dat mooie jurkje dat ik net voor mijn zwangerschap had gekocht en dacht na de bevalling weer in te passen? Die blijft voorlopig in de kast hangen. Maattechnisch pas ik ‘m wel, maar dit silhouette wil ik niet showen. Vandaar de sportschool, want no way dat ik nú al met mijn 36 lentes jong met slappe oma-billen blijf rondlopen.
Onzeker…
Toen ik deze blog aan mijn vriend liet lezen zei hij “Ik begrijp niet dat je jezelf zo de grond in boort”. Dat is niet wat ik hiermee wil zeggen. Tuurlijk sta ik niet te juichen als ik in de spiegel kijk en kan ik niet dezelfde strakke kleding aan als twee bevallingen geleden. Maar ik vind mezelf niet lelijk. Niet minder. Ik ben niet onzeker over mijn lijf (buiten die keer in dat Parijse pashok dan).
Want ja, ik word ouder. Ja, ik ben een mevrouw. Een moeder zelfs. Maar met dit lijf, dit geweldige lijf, met die stijve rug, slap wordende huid, hangende borsten, platte billen en bolle flubberbuik heb ik mooi wel twee kinderen op de wereld gezet.